plaats waar iets gebroken is cassure (kɑsyʀ) vrouwelijk medisch, geologisch fracture (fʀaktyʀ) vrouwelijk een breuk in je bovenbeen une fracture du fémur polsbreuk fracture du poignet
getal dat niet heel, niet een eenheid is fraction (fʀaksjɔ~) vrouwelijk Voorbeelden van breuken zijn ½,¼ en ¾. Des exemples de fractions sont ½,¼ et ¾.