chegar-Toevoegen: meaning, definitions and translations
Portuguese dictionaryPortugueseDutch
What is chegar?chegar is Toevoegen
What is Toevoegen?
origem duvidosa
Dubieuze herkomst
Dar entrada em.
Inchecken.
Atingir, alcançar, durar até.
Bereiken, bereiken, volhouden tot.
Ir, prolongar-se, ir ter, ir dar.
Om te gaan, te verlengen, te hebben, te geven.
Ascender, importar.
Stijgen, importeren.
Ir até ao ponto de.
Kom ter zake van.
Subir até.
Klim naar boven.
Acercar-se.
Kom dichterbij.
Ser bastante alto para.
Wees hoog genoeg om.
Dar pancadas em, bater, surrar.
Slaan, slaan, slaan.
Aproximar, mover para perto.
Zoom, kom dichterbij.
Ser suficiente para algo ou alguém (ex.: esta comida não chega para tantos convidados).
Wees genoeg voor iets of iemand (dit eten is bijvoorbeeld niet genoeg voor zoveel gasten).
Aproximar-se; vir ter a.
Naderen; Kom om een.