kloppen: betydelser og definitioner

met je vingers op iets tikken frapper op de deur kloppen voor je naar binnen gaat frapper (à la porte) avant d'entrer Op de deur hangt een bordje 'binnen zonder kloppen'. Sur la porte il y a un panneau 'entrez sans frapper'.

(van het hart) voelbaar ritmisch bewegen battre een onregelmatig kloppend hart un rythme cardiaque irrégulier ik ben bang Mon coeur bat la chamade.

juist zijn, of in overeenstemming zijn (met iets anders)être exact correspondre Ben je boven de 50? Ja, dat klopt. Tu as plus de 50 ans? Oui, c'est ça / c'est exact. Het beeld van de oudere werknemer klopt niet meer L'image que nous avons du salarié vieillissant ne correspond plus à la réalité. De theorie klopt niet met de praktijk. La théorie ne correspond pas à la pratique.

culinair met een mixer, garde of vork lucht door een vloeistof mengen battre eieren schuimig kloppen met de suiker battre des oeufs en neige avec du sucre slagroom stijf kloppen battre/fouetter la crème

sport verslaan battre De wielrenner zal in de sprint geklopt worden door een tegenstander. Le coureur cycliste sera battu dans le sprint par un adversaire.