Čo je nudi? nudi je naakt
Čo je naakt?
- agg. Privo di vesti: era n. da capo a piedi anche riferito soltanto a parte del corpo: braccia n. a dorso n. estens. Privo di qls. elemento di copertura o protezione: rocce, montagne n., prive di vegetazione; mancante di ornamenti: parete n., senza tappezzeria, né quadri A mani n., senza usare attrezzi A occhio n., senza occhiali né il sussidio di strumenti ottici di ingrandimento (fig., con assoluta evidenza).
Agg. Ondoden: het was nee. Vrij van qls. dekkings- of beschermingselement: rotsen, bergen n., zonder vegetatie; ontbrekende ornamenten: muur n., zonder bekleding, noch handschilderingen n., zonder gereedschap Een oog n., zonder bril of de subsidie van optische vergrootgereedschappen (Fig., met absoluut bewijs).
- agg.(fig.). Schietto, senza sottintesi: la verità n. e cruda è questa Mettere a n., svelare.
agg.(afb.). Bot, zonder te impliceren: de waarheid n. en rauw is dit Zet aan n., onthulling.
- agg.(DIR). N. proprietà, della quale l’usufrutto è posseduto da altri.
add.(DIR). N. eigendom, waarvan het vruchtgebruik eigendom is van anderen.
- s.m.(ART). La figura umana priva di vesti, oggetto di studio e rappresentazione nelle arti figurative: un n. di donna.
s.m.(ART). De menselijke figuur zonder kleren, object van studie en representatie in de figuratieve kunsten: een vrouwennug.