Avere notizia di una cosa: c. i particolari dell’accaduto.
Nieuws over één ding: c. de details van wat er is gebeurd.
Avere una cognizione ampia e approfondita di qcs.: c. la storia, l’arte ha un grande desiderio di c.
Heb een brede en diepgaande kennis van qcs.: c. geschiedenis, kunst heeft een groot verlangen naar c.
Acquisire o avere dimestichezza di qcs.: c. la strada, la zona.
Verwerven of bekend zijn met qcs.: c. de weg, het gebied.
Avere sperimentato, provato: c. la fame, il freddo ║ C. il mondo , la vita , essere esperto degli uomini e della vita │ C. i propri polli , sapere con chi si ha a che fare.
Heb ervaren, geprobeerd: c. honger, koude ║ C. de wereld , het leven , wees een expert in mannen en het leven - C. je kippen , weet met wie je te maken hebt.
Fare conoscenza con qcn.: ho conosciuto mia moglie a Parigi ║ Annoverare tra le proprie conoscenze: c. qcn. di persona, di vista conosci per caso un idraulico? ║ Sapere in profondità quale sia il carattere, l’indole di qcn.: ti conosco bene, non lo faresti mai.
Ontmoet qcn.: Ik ontmoette mijn vrouw in Parijs ║ Tel onder uw kennissen: c. qcn. Persoonlijk, op zicht, kent u een loodgieter? ║ Weet in de diepte wat het karakter is, de aard van qcn.: Ik ken je goed, je zou het nooit doen.
Distinguere, discernere: c. i colori c. il bene dal male ║ non com. Riconoscere: un vino di qualità si conosce al sapore.
Onderscheiden, onderscheiden: c. kleuren c. goed van kwaad ║ niet com. Herken: een kwaliteitswijn ken je aan zijn smaak.
Ammettere, accettare: non conosce ragioni ║ Consentirsi, permettersi: non c. riposo ║ Provare, sentire: non conosce pietà.
Toegeven, aanvaarden: kent geen reden ║ Zichzelf toestaan, zichzelf toestaan: geen rust ║ Voelen, voelen: het kent geen medelijden.
rifl. Essere cosciente di sé, dei propri difetti e delle proprie qualità.
refl. Wees je bewust van jezelf, je gebreken en je kwaliteiten.
rifl. recipr. Fare reciproca conoscenza ║ Avere un rapporto di conoscenza: si conoscono da una vita.