appoggio-ondersteuning: pengertian, definisi dan terjemahan

Kamus Italia%dictionary_xs%Belanda

Apa itu appoggio? appoggio adalah ondersteuning

Apa itu ondersteuning?

  • Sostegno: camminare con l’a. del bastone.

    Ondersteuning: lopen met een. van de stok.

  • Schienale: panca senz’a.

    Rugleuning: bank zonder.

  • fig. Aiuto, protezione ║ concr. Persona che per la sua autorità o le sue possibilità possa concretamente favorire ║ Nave a., destinata all’assistenza tecnica e logistica di unità lontane dalle basi.

    Vijg. Hulp, bescherming ║ concr. Persoon die door zijn gezag of zijn mogelijkheden concreet ║ Schip a. kan begunstigen, bedoeld voor de technische en logistieke hulp van eenheden ver van de basissen.

  • (SPORT). Nel calcio, passaggio della palla a un compagno di squadra vicino ║ Attrezzo ginnico per compiere flessioni a terra.

    (SPORT). In het voetbal, het doorgeven van de bal aan een nabijgelegen teamgenoot ║ Gymnastiek tool om push-ups op de grond te maken.

  • tr. Mettere una cosa contro o sopra un’altra che le serva da sostegno; poggiare, posare: a. la scala al muro a. la tazza sul comodino ║(SPORT). A. la palla , nel calcio, passarla a un compagno di squadra vicino.

    Tr. Zet het ene ding tegen of op het andere dat als ondersteuning dient; rusten, leggen: a. de ladder naar de muur a. de beker op het nachtkastje ║(SPORT). A. de bal , in het voetbal, geeft hem door aan een teamgenoot in de buurt.

  • tr. Fondare, basare: a. un’affermazione su dati di fatto.

    Tr. Te baseren, te baseren: a. een verklaring op feiten.

  • tr. Sostenere, caldeggiare: a. un progetto.

    Tr. Ondersteunen, advoding: a. een project.

  • intr.(aus. essere ). Avere come sostegno, reggersi ║ fig. Basarsi, fondarsi: la teoria appoggia su semplici ipotesi.

    Intr. (aus. te zijn ). Hebben als ondersteuning, staan ║ fig. Zichzelf baseren, zich baseren: de theorie berust op eenvoudige hypothesen.

  • Porsi con il corpo o con una sua parte addosso a qcs. che serva da sostegno; sorreggersi.

    Poseer met het lichaam of met een deel ervan op qcs. dat dient als ondersteuning; elkaar steunen.

  • fig. Basarsi, fondarsi: l’accusa si appoggia su prove ben precise.

    Vijg. Basis, basis: de beschuldiging is gebaseerd op zeer specifiek bewijs.

  • fig. Cercare l’aiuto, il favore di qcn., fare affidamento: a. a un amico.

    Vijg. Zoek hulp, de gunst van qcn., vertrouw: a. aan een vriend.

Mencari kata

Tingkatkan pengalaman anda