travaille-werken: значение, определения и переводы

Французский словарь%dictionary_xs%Голландский

Что такое travaille? travaille это werken

Что такое werken?

  • Faire un effort soutenu pour obtenir un résultat : Travailler jour et nuit.

    Maken van een poging om een resultaat te bereiken: dag en nacht werken.

  • Réaliser une production, produire : Entreprise qui travaille à perte.

    Bereiken van een productie, produceren: bedrijf dat op een verlies werkt.

  • Avoir une profession, exercer un métier : Travailler dans les assurances.

    Een beroep, een baan hebben: werken in verzekeringen.

  • Étudier : Arrête de jouer, va travailler dans ta chambre.

    Studie: Stoppen met spelen, zal werken op uw kamer.

  • Servir, desservir quelqu'un, quelque chose : Le temps travaille pour nous.

    Serveren, dienen iemand iets: tijd voor ons werkt.

  • Effectuer un exercice : L'acrobate travaille sans filet.

    Uitvoeren van een oefening: de Acrobaat werken zonder een netto.

  • Fonctionner activement : Dans ce sport, tous les muscles travaillent.

    Functie actief: in deze sport, al de spieren werken.

  • Déployer une grande activité : Son imagination travaille sur ce projet.

    Implementeren van een grote activiteit: zijn verbeelding die werken aan dit project.

  • Se déformer sous l'action de l'humidité, de la chaleur, du temps : Meuble qui a travaillé.

    Vervormen onder invloed van vocht, warmte, tijd: meubels die werkte.

  • En parlant d'une maçonnerie ou d'une charpente, se déformer sous l'effet des charges, poussées ou tractions subies.

    Spreken van een metselwerk of een frame, vervormen onder invloed van kosten, duwt of trekt leed.

  • Subir l'effet de la fermentation : Vin qui travaille.

    Het effect van de fermentatie ondergaan: wijn die werkt.

  • Produire un revenu : Faire travailler son argent.

    Produceren van inkomsten: het geld werk maken.

Поиск слов

Повысьте свой опыт