savoir-kennis: betydelser, definitioner og oversætninger

Fransk ordbog%dictionary_xs%Nederlandsk

Hvad er savoir?savoir hedder kennis

Hvad er kennis?

  • Avoir appris quelque chose, et pouvoir le dire, le connaître, le répéter : Savez-vous le nom de cette plante ?
    Iets geleerd hebben en het kunnen zeggen, om het te weten, om het te herhalen: Ken je de naam van deze plant?
  • Être au courant de quelque chose, le tenir ou le donner comme vrai, réel : Je sais qu'il voulait démissionner.
    Om je ergens bewust van te zijn, om het vast te houden of om het als waar, echt te geven: ik weet dat hij ontslag wilde nemen.
  • Être convaincu de quelque chose, avoir dans l'esprit la connaissance, la certitude de quelque chose : Nous savons combien vous regrettez cet échec.
    Om ergens van overtuigd te zijn, om in je geest de kennis, de zekerheid van iets te hebben: we weten hoezeer je deze mislukking betreurt.
  • Littéraire. Connaître la valeur, l'importance de quelque chose : Je sais mes obligations envers vous.
    Literair. Ken de waarde, het belang van iets: ik ken mijn verplichtingen jegens jou.
  • Avoir des connaissances sur quelque chose, quelqu'un : Je sais bien des choses sur lui.
    Kennis hebben over iets, iemand: ik weet veel van hen.
  • Avoir une connaissance étendue d'une matière qui peut s'enseigner, se transmettre : Savoir plusieurs langues étrangères. Savoir son métier.
    Een brede kennis hebben van een onderwerp dat kan worden onderwezen, overgedragen: Ken verschillende vreemde talen. Ken je werk.
  • Avoir la capacité, après étude et apprentissage, de pratiquer, d'exercer une activité : Savoir nager. Il ne sait pas jouer aux échecs.
    Het vermogen hebben om, na studie en leren, te oefenen, een activiteit uit te voeren: Weten hoe je moet zwemmen. Hij weet niet hoe hij moet schaken.
  • Avoir assez de talent, d'habileté, etc., pour faire telle chose : Une femme qui a su rester jeune.
    Om genoeg talent, vaardigheid, enz. te hebben om zoiets te doen: een vrouw die jong heeft kunnen blijven.
  • En parlant de quelque chose,être capable de, pouvoir faire : Un livre qui a su nous convaincre.
    --
  • Avoir des connaissances étendues, approfondies, avoir une grande expérience : Prendre conseil auprès de ceux qui savent.
    Om uitgebreide, diepgaande kennis te hebben, om geweldige ervaring te hebben: om advies in te winnen van degenen die het weten.