Prendre quelque chose de nouveau ou prendre une autre fois, en plus : Reprendre sa place à table. Je reprendrais bien un peu de vin.
Neem iets nieuws of neem een andere tijd, bovendien: Neem uw plaats aan de tafel. Ik zou graag wat wijn.
Rentrer en possession de ce qu'on a donné, déposé, consenti : Reprendre ses bagages à la consigne.
Krijg weer in het bezit van wat je hebt gegeven, gedeponeerd, waarmee je hebt ingestemd: Haal je bagage terug uit de kluis.
Admettre de nouveau quelqu'un près de soi,à son service, dans son groupe : Il a repris son ancienne secrétaire.
Om weer iemand toe te laten die dicht bij je staat, in zijn dienst, in zijn groep: hij heeft zijn voormalige secretaris overgenomen.
Prendre, arrêter de nouveau quelqu'un qui s'est enfui : Reprendre un fugitif.
Iemand die gevlucht is te vangen, opnieuw te arresteren: Een voortvluchtige te heroveren.
Récupérer une marchandise vendue en acceptant d'en annuler la vente : Le magasin ne reprend aucun article.
Herstel verkochte goederen door in te stemmen met het annuleren van de verkoop: De winkel neemt geen artikelen terug.
Prendre la suite de quelqu'un, racheter à quelqu'un un commerce, une charge : Il reprendra le cabinet dentaire de son frère.
--
Retrouver un état, une disposition, une faculté : Convalescent qui reprend des forces.
Om een staat, een gezindheid, een vermogen te vinden: herstellende die weer op krachten komt.
Affecter quelqu'un de nouveau : Ses obsessions l'ont repris.
Een nieuw iemand beïnvloeden: Zijn obsessies brachten hem terug.
Continuer une chose interrompue, s'adonner de nouveau à une activité : Reprendre son travail après une absence. Il a repris le piano.
Om iets onderbroken voort te zetten, om zich weer aan een activiteit te wijden: om het werk te hervatten na een afwezigheid. Hij nam de piano weer ter hand.
Jouer, donner de nouveau une pièce, un spectacle, un film.
--
Parler de nouveau, après un silence : « Oui, reprit-il, il faut aller de l'avant. »
Na een pauze sprak hij weer: "Ja," vervolgde hij, "we moeten voorwaarts gaan."
Énoncer à nouveau des paroles, des idées : L'assistance reprenait en chœur le refrain.
Opnieuw uitsprekende woorden, ideeën: Het publiek nam het refrein in koor over.
Apporter des corrections, faire subir des transformations à quelque chose : Il n'y a rien à reprendre à cet article.
Correcties aanbrengen, iets veranderen: er valt niets uit dit artikel te halen.
Faire sien, emprunter ce qui a étéélaboré par quelqu'un d'autre : Reprendre les idées d'un autre.
Om zich eigen te maken, om te lenen wat door een ander is uitgewerkt: om de ideeën van een ander over te nemen.
Réprimander quelqu'un, le blâmer pour ce qu'il a fait : Reprendre un enfant sur sa conduite.
Iemand berispen, hem de schuld geven van wat hij of zij heeft gedaan: Een kind berispen voor zijn of haar gedrag.
Surprendre quelqu'un une fois de plus à commettre un acte blâmable : Que je ne vous reprenne plus à grimper sur la fenêtre !
Om iemand weer eens te betrappen op het plegen van een laakbare daad: Laat me je niet opnieuw verwijten dat je door het raam bent geklommen!
Bâtiment Réparer une maçonnerie.
--
Couture Rétrécir un vêtement en refaisant les coutures ou les pinces.
Naaien Krimp een kledingstuk door de naden of figuurnaden opnieuw te maken.
Équitation Modérer l'allure d'un cheval après l'avoir laissé s'allonger.
Paardrijden Matig de gang van een paard nadat je het hebt laten liggen.
Mécanique Usiner à nouveau une partie de pièce dont la cote est trop forte.
Mechanica Opnieuw bewerken van een onderdeel dat te hoog is.
Vénerie En parlant d'un chien, retrouver la voie de l'animal.
Over een hond gesproken, de weg van het dier vinden.