Entourer quelque chose d'un cercle ou comme d'un cercle : Encercler un dessin d'un filet d'or.
Iets omringen met een cirkel of zoals met een cirkel: Een tekening omringen met een gouddraad.
Cerner quelqu'un, un groupe de tous côtés pour l'empêcher de fuir, pour l'isoler dans une intention hostile : Encercler l'ennemi.
Om iemand te omsingelen, een groep aan alle kanten om te voorkomen dat ze vluchten, om ze te isoleren met een vijandige bedoeling: om de vijand te omsingelen.
Être disposé tout autour de quelque chose, d'un lieu : Une ceinture d'atolls encercle l'île.
Te rangschikken rondom iets, een plaats: Een gordel van atollen omringt het eiland.