Personne, groupe, qui entre en compétition avec d'autres pour obtenir quelque chose, en particulier, participant à une compétition sportive : Classé premier sur deux cents concurrents.
Persoon, groep, die met anderen concurreert om iets te krijgen, in het bijzonder deelname aan een sportcompetitie: Gerangschikt als eerste van tweehonderd deelnemers.
Personne, groupe qui fait concurrence à d'autres en exerçant le même commerce, la même profession : Abandonner un commerçant pour son concurrent.
Persoon, groep die met anderen concurreert door hetzelfde bedrijf, hetzelfde beroep uit te oefenen: Verlaat een handelaar voor zijn concurrent.