arriverons-Toevoegen: значение, определения и переводы

Французский словарь%dictionary_xs%Голландский

Что такое arriverons?arriverons это Toevoegen

Что такое Toevoegen?

  • Parvenir à son lieu de destination : Nous n'arriverons à Rome que demain. Votre colis est arrivé.
    Uw bestemming bereiken: We komen pas morgen aan in Rome. Uw pakket is aangekomen.
  • Venir de quelque part ; voyager,être acheminé par tel moyen : Des touristes qui arrivent d'Amérique.
    Ergens vandaan komen; reizen, worden vervoerd door dergelijke middelen: Toeristen die aankomen uit Amerika.
  • Approcher de quelqu'un, d'un lieu, venir vers eux : Il arrivait sans se presser.
    Iemand benaderen, naar een plek, naar hen toe komen: Hij kwam zonder haast.
  • Parvenir à quelqu'un, lui être perceptible : Une odeur agréable arrive de la cuisine.
    Om iemand te bereiken, om voor hen waarneembaar te zijn: Er komt een aangename geur uit de keuken.
  • Atteindre un certain niveau (taille, hauteur, valeur...) : Son adversaire lui arrive à peine à l'épaule.
    Bereik een bepaald niveau (hoogte, hoogte, waarde...): Zijn tegenstander bereikt nauwelijks zijn schouder.
  • Parvenir à un état, une situation, une étape d'une action ; atteindre le but que l'on s'est fixé : Arriver à un âge avancé,à une phase décisive de ses recherches.
    Komen tot een toestand, een situatie, een stap van een actie; Om het doel te bereiken dat men zichzelf heeft gesteld: op hoge leeftijd komen, in een beslissende fase van het onderzoek.
  • Réussir du point de vue social, professionnel : C'est un homme qui veut arriver.
    Slagen vanuit een sociaal en professioneel oogpunt: Hij is een man die wil aankomen.
  • En venir à quelque chose, aborder un point d'un exposé : J'arrive à la question du financement de ce projet.
    Om ergens op te komen, een punt aan te snijden in een presentatie: ik kom op de kwestie van de financiering van dit project.
  • Réussir à faire quelque chose, y parvenir enfin : Je n'arrive pas à comprendre les raisons de son geste.
    Iets doen, eindelijk slagen: ik kan de redenen voor zijn actie niet begrijpen.
  • Se rapprocher,être imminent, sur le point de survenir : Le jour du départ ne tardera pas à arriver.
    Dichterbij komen, op handen zijn, op het punt staan te gebeuren: de dag van vertrek zal niet lang op zich laten wachten.
  • Se produire, se passer, avoir lieu : Ce genre d'incident n'arrive pas souvent.
    Gebeuren, gebeuren, gebeuren: Dit soort incidenten gebeurt niet vaak.