aller-gaan: betydelser, definitioner og oversætninger

Fransk ordbog%dictionary_xs%Nederlandsk

Hvad er aller? aller hedder gaan

Hvad er gaan?

  • Se mouvoir d'un lieu vers un autre, s'y rendre : Aller à pied chez soi. Aller à Brest.

    Verhuizen van de ene plaats naar de andere, om er te komen: wandelen naar huis. Ga naar Brest.

  • Se déplacer pour accomplir une action, pour rendre visite à quelqu'un : Aller dîner en ville. Aller chez le coiffeur.

    Verplaatsen naar het bereiken van een actie, voor een bezoek aan iemand: diner in de stad gaan. Ga naar de kapper.

  • En parlant d'une voie, d'un moyen de transport, avoir telle destination, conduire, mener : Cette route va à Lyon.

    Spreken van een pad, aangeeft van een vervoermiddel, hebben dergelijke bestemming, leiden, leiden: deze weg gaat naar Lyon.

  • Être dans tel état de santé, se porter : Comment allez-vous ? Je vais bien.

    In een dergelijke gezondheidstoestand, worden vervoerd: Hoe ben je? Met mij gaat het goed.

  • Fonctionner, marcher : Cette montre va bien. Les affaires vont mal.

    Werken, lopen: dit horloge is prima. Bedrijf is slecht.

  • Convenir plus ou moins bien à quelqu'un, l'arranger en parlant de quelque chose (abstrait) ;être seyant en parlant d'un vêtement, d'une coiffure : Cette jupe vous va très bien.

    Min of meer goed geschikt voor iemand, regel het door ergens over te praten (abstract); seyant zijn door te praten over een kledingstuk, een kapsel: Deze rok past heel goed bij je.

  • Être dans un rapport d'harmonie avec quelque chose, s'accorder : Ce rouge va bien avec ce bleu.

    Om in een relatie van harmonie met iets te zijn, om het erover eens te zijn: Dit rood past goed bij dit blauw.

  • Être sur le point de (futur proche) : Je vais aller chercher le journal.

    Op de rand van (nabije toekomst) staan: ik ga de krant halen.

Søg ord

Opgrader din oplevelse