traer-brengen: significado, definições e traduções

Dicionário de Espanhol%dictionary_xs%Holandês

O que é traer? traer é brengen

O que é brengen?

  • tr. Conducir o trasladar al lugar en el que se encuentra el hablante o al que se refiere el discurso: os traemos un recuerdo de nuestro viaje.

    Tr.. Rijden of verhuizen naar de plaats waar de spreker is of de spreker verwijst: we brengen u een souvenir van onze reis.

  • Atraer, tirar hacia sí.

    Aantrekken, trekken naar.

  • Causar, ocasionar, acarrear: esto nos traerá un disgusto.

    Oorzaak, oorzaak, trek: dit zal ons walging brengen.

  • Llevar puesto o consigo: trae un bolso nuevo.

    Draag of stap in: neem een nieuwe tas mee.

  • Tener o poner a alguien en cierto estado o situación: ese viejo asunto lo trae de cabeza.

    Iemand in een bepaalde staat of situatie hebben of plaatsen: dat oude ding brengt hem op zijn kop.

  • Tener o experimentar lo que se expresa: traigo un buen constipado.

    Hebben of ervaren wat tot uiting komt: ik breng een goede constipatie.

  • Contener una publicación lo que se expresa: el periódico trae un artículo magnífico.

    Bevat een publicatie wat wordt uitgedrukt: de krant brengt een prachtig artikel.

  • Tratar, andar haciendo algo. También prnl.: ¿qué asunto se traerá entre manos?

    Probeer iets te doen. Ook prnl.: welke materie wordt in jouw handen gebracht?

  • traer a alguien a mal traer loc. col. Maltratarlo o tenerlo muy ocupado con encargos o peticiones: la mudanza los trae a mal traer.

    breng iemand om loc. col. Mishandel hem of houd hem te druk met commissies of verzoeken: de verhuizing brengt ze tot een slechte breng.

  • traérselas alguien o algo loc. col. Ser de cuidado: ten cuidadito con ese animal porque se las trae.♦ Irreg. Véase conj. modelo.

    Breng ze naar haar toe of zoiets. Wees voorzichtig: wees voorzichtig met dat dier, want het brengt het naar je toe, ♦ Irreg. Zie conj. model.

Buscar palavras

Atualize sua experiência