quebrado-gebroken: meaning, definitions and translations

Spanish dictionarySpanishDutch

What is quebrado?quebrado is gebroken

What is gebroken?

  • adj. Que ha hecho quiebra: un negocio quebrado. También s.
    Bn.. Dat is failliet gegaan: een kapot bedrijf. Het is ook.
  • Debilitado: está muy quebrado de salud.
    Verzwakt: hij is erg blut in gezondheid.
  • [Terreno] accidentado, desigual: un terreno quebrado.
    Ruig, oneffen [terrein]: gebroken grond.
  • [Línea] formada por segmentos con distinta dirección: dibuja una línea quebrada.
    [Lijn] gevormd door segmenten met verschillende richting: tekent een gebroken lijn.
  • mat.[número] que expresa las partes en que se divide la unidad. También m.: sumar quebrados.
    mat. [getal] dat de delen uitdrukt waarin de eenheid is verdeeld. Ook m.: voeg gebroken toe.
  • f. Hendidura de una montaña.
    f. Spleet van een berg.
  • Paso estrecho entre montañas: les tendieron una emboscada en la quebrada.
    Smalle doorgang tussen bergen: ze werden in een hinderlaag gelokt in het ravijn.
  • amer. Arroyo, riachuelo.
    Amer. Arroyo, riachuelo.
  • amer. En el tango, movimiento del que baila, cuando se dobla por la cintura.
    Amer. In de tango, beweging van degene die danst, wanneer hij buigt bij de taille.
  • tr. Romper algo duro o rígido en varios trozos. También prnl.: quebrarse una pierna.
    Tr. Breek iets hards of stijfs in meerdere stukken. Ook prnl.: een been breken.
  • Doblar, torcer: quebrar una rama. También prnl.
    Buigen, draaien: een tak breken. Ook prnl.
  • Interrumpir la continuación de algo no material: el portazo quebró su concentración.
    Het onderbreken van de voortzetting van iets niet-materieels: de dichtslaande deur brak zijn concentratie.
  • Disminuir la fuerza de algo: sus dos fracasos matrimoniales han quebrado la fe que tenía en el amor.
    De kracht van iets verminderen: Zijn twee huwelijkse mislukkingen hebben het geloof dat hij in de liefde had, verbrijzeld.
  • intr. Arruinarse una empresa o un negocio: el negocio quebró.
    Intr. Een bedrijf of een bedrijf gaat failliet: het bedrijf is failliet gegaan.
  • prnl. Formársele una hernia a alguien.
    PRNL. Het vormen van een hernia bij iemand.
  • Hablando de un terreno o cordillera, interrumpirse su continuidad: la sierra se quiebra en este punto, y gira 90 grados.♦ Irreg. Se conj. como acertar .
    --