f. Propósito o voluntad de hacer algo: no era mi intención molestarte.
f. Doel of bereidheid om iets te doen: het was niet mijn bedoeling om je lastig te vallen.
Sobrentendido, dicho o hecho que va más allá de lo evidente: palabras llenas de intención; me sonrió con intención.
Overbegrepen, gezegd of gedaan dat verder gaat dan het voor de hand liggende: woorden vol intentie; Hij glimlachte met opzet naar me.
segunda o doble intención Proceder equívoco y solapado: no te fies de sus buenas palabras porque estoy segura de que oculta segundas intenciones.
Tweede of dubbele intentie Ga dubbelzinnig en achterbaks te werk: vertrouw zijn goede woorden niet, want ik weet zeker dat hij tweede intenties verbergt.