%%: 意味、定義と翻訳
スペイン語辞典%dictionary_xs%オランダ語
funciónとは何ですか?funciónはfunctieです
functieとは何ですか?
f. Actividad propia de alguien o algo: la función del aparato digestivo.
f. Activiteit van iets of iemand: de functie van het spijsverteringsstelsel.
Actividad propia de un cargo, oficio, etc. Más en pl.: desempeña las funciones de director.
Activiteit van een positie, handel, enz. Meer in pl.: vervult de functies van directeur.
Espectáculo público: una función de teatro.
Publieke voorstelling: een theatervoorstelling.
ling. Papel que un elemento fónico, morfológico, léxico o sintáctico desempeña en la estructura gramatical de la oración: función de sujeto, de complemento directo.
Ling. Rol die een fonische, morfologische, lexicale of syntactische element speelt in de grammaticale structuur van de zin: functie van onderwerp, van direct complement.
mat. Relación entre dos magnitudes, de modo que a cada valor de una de ellas corresponde determinado valor de la otra: y = f(x) es una función.
mat. Relatie tussen twee grootheden, zodat elke waarde van een van hen overeenkomt met een bepaalde waarde van de andere: y = f(x) is een functie.
en función o en funciones loc. adv. En ejercicio propio de su cargo: permanecerá en funciones hasta que le llegue el retiro oficial.
In functie of in functies loc. adv. In de juiste uitoefening van zijn functie: hij blijft in functie tot hij officieel met pensioen gaat.
loc. adv. En sustitución del que tiene en propiedad el cargo: el teniente de alcalde será el alcalde en funciones durante unos días.
Loc. Adv. In plaats van degene die de functie bezit: de locoburgemeester is een paar dagen waarnemend burgemeester.
en función de loc. prepos. Dependiendo de, de acuerdo con: en función del tiempo que haga mañana, iremos de excursión o nos quedaremos en la ciudad.
afhankelijk van loc. prepos. Afhankelijk van, volgens: afhankelijk van het weer morgen, gaan we wandelen of blijven we in de stad.