esposa-vrouw: значение, определения и переводы

Испанский словарь%dictionary_xs%Голландский

Что такое esposa? esposa это vrouw

Что такое vrouw?

  • tr. Sujetar a uno con esposas: la policía esposó a los detenidos.

    Tr. Er eentje met handboeien vasthouden: de politie sloeg de gedetineerden in de boeien.

  • m. y f. Persona que ha contraído esponsales: los esposos se deben mutuo respeto.

    m. en f. Persoon die een verloving heeft gesloten: echtgenoten zijn elkaar respect verschuldigd.

  • Persona casada con respecto a su cónyuge: mi esposa vendrá a buscarme al trabajo.

    Getrouwde persoon met betrekking tot zijn echtgenoot: mijn vrouw komt me ophalen op het werk.

Поиск слов

Повысьте свой опыт