shuttle-Shuttle: meaning, definitions and translations

English dictionaryEnglishDutch

What is shuttle? shuttle is Shuttle

What is Shuttle?

  • A device used in weaving to carry the woof thread back and forth between the warp threads.

    Een apparaat dat wordt gebruikt bij het weven om de woefdraad heen en weer te dragen tussen de kettingdraden.

  • A device for holding the thread in tatting and netting and in a sewing machine.

    Een apparaat voor het vasthouden van de draad in tatting en netten en in een naaimachine.

  • Regular travel back and forth over an established, often short route by a vehicle.

    Regelmatig heen en weer reizen over een vaste, vaak korte route met een voertuig.

  • A vehicle used in such travel: took the shuttle across town.

    Een voertuig dat bij dergelijke reizen wordt gebruikt: nam de shuttle door de stad.

  • A route used by a vehicle in such travel: the Washington-New York air shuttle.

    Een route die door een voertuig wordt gebruikt bij dergelijke reizen: de Washington-New York air shuttle.

  • A space shuttle.

    Een spaceshuttle.

  • Travel between disputing parties by a diplomatic intermediary.

    Reis tussen de partijen die het geschil voeren door een diplomatieke tussenpersoon.

  • To go, move, or travel back and forth by or as if by a shuttle: business people who shuttle between European capitals.

    Heen en weer reizen met of als met een shuttle: zakenmensen die pendelen tussen Europese hoofdsteden.

  • To cause to move back and forth frequently.

    Om regelmatig heen en weer te bewegen.

  • To transport by or as if by a shuttle: shuttle a scientific payload to an orbiting space station.

    Vervoer per of als met een shuttle: shuttle een wetenschappelijke lading naar een ruimtestation in een baan om de aarde.

Search words

Upgrade your experience