possession-bezit: meaning, definitions and translations

English dictionaryEnglishDutch

What is possession? possession is bezit

What is bezit?

  • Sports Physical control of the ball or puck by a player or team. An instance of this: Ideally, we would score on each possession.

    Sport Fysieke controle van de bal of puck door een speler of team. Een voorbeeld hiervan: Idealiter zouden we scoren op elk balbezit.

  • The act or fact of possessing. The state of being possessed: the land's possession by the town.

    De daad of het feit van het bezitten. De staat van bezit: het bezit van het land door de stad.

  • Something owned or possessed: removed his possessions from the desk. A territory subject to foreign control.

    Iets dat eigendom is of bezeten is: zijn bezittingen van het bureau verwijderen. Een gebied dat onderworpen is aan buitenlandse controle.

  • Law Power or control over something: possession of a firearm. Occupation or control of a piece of property, with or without ownership. A right of occupation and use: The tenant has possession of the apartment until the end of the lease. The crime of possessing an illegal drug.

    Wet Macht of controle over iets: bezit van een vuurwapen. Bezetting of controle van een stuk eigendom, met of zonder eigendom. Een recht van bewoning en gebruik: De huurder heeft het appartement in bezit tot het einde van de huurovereenkomst. De misdaad van het bezit van een illegale drug.

  • The state of being dominated or controlled by a demon or spirit. The state of being occupied or obsessed with something, such as an idea.

    De staat van gedomineerd of beheerst worden door een demon of geest. De staat van bezig zijn met of geobsedeerd zijn door iets, zoals een idee.

Search words

Upgrade your experience