member-lid: meaning, definitions and translations

English dictionaryEnglishDutch

What is member?member is lid

What is lid?

  • A part of a plant.
    Een deel van een plant.
  • A distinct part of a whole, especially:
    Een bepaald deel van een geheel, met name:
  • Linguistics A syntactic unit of a sentence; a clause.
    Taalkunde A syntactische eenheid van een zin; een component.
  • Logic A proposition of a syllogism.
    Logica A proposition van een syllogisme.
  • Mathematics An element in a set.
    Wiskunde een element in een set.
  • A part or an organ of a human or animal body, as:
    Een onderdeel of een orgaan van een menselijke of dierlijke lichaam, als:
  • A limb, such as an arm or a leg.
    Een ledemaat, zoals een arm of een been.
  • The penis.
    De penis.
  • One that belongs to a group or an organization: a club member; a bank that is a member of the FDIC.
    Dat tot een groep of organisatie behoort: clublid; een bank die deel uitmaakt van de FDIC.
  • Mathematics The expression on either side of an equality sign.
    Wiskunde de uitdrukking aan weerszijden van een gelijkheidsteken.
  • A structural unit, such as a beam or wall.
    Een structurele eenheid, zoals een lichtbundel of muur.