argument-argument: meaning, definitions and translations

English dictionaryEnglishDutch

What is argument?argument is argument

What is argument?

  • A discussion in which disagreement is expressed; a debate.
    Een discussie waarin onenigheid tot uiting komt; een debat.
  • A quarrel; a dispute.
    Een ruzie; een geschil.
  • Archaic A reason or matter for dispute or contention: "sheath'd their swords for lack of argument” ( Shakespeare).
    Archaïsch Een reden of kwestie voor geschil of geschil:
  • A course of reasoning aimed at demonstrating truth or falsehood: presented a careful argument for extraterrestrial life.
    Een redenering gericht op het aantonen van waarheid of onwaarheid: presenteerde een zorgvuldig argument voor buitenaards leven.
  • A fact or statement put forth as proof or evidence; a reason: The current low mortgage rates are an argument for buying a house now.
    Een feit of verklaring die als bewijs of bewijs wordt aangevoerd; een reden: De huidige lage hypotheekrente is een argument om nu een huis te kopen.
  • A set of statements in which one follows logically as a conclusion from the others.
    Een reeks uitspraken waarin de ene logisch volgt als een conclusie van de andere.
  • A summary or short statement of the plot or subject of a literary work.
    Een samenvatting of korte uiteenzetting van de plot of het onderwerp van een literair werk.
  • A topic; a subject: "You and love are still my argument” ( Shakespeare).
    Een onderwerp; een onderwerp: "Jij en de liefde zijn nog steeds mijn argument" (Shakespeare).
  • Logic The minor premise in a syllogism.
    Logica De kleine premisse in een syllogisme.
  • Mathematics An independent variable of a function.
    Wiskunde Een onafhankelijke variabele van een functie.
  • Mathematics The angle of a complex number measured from the positive horizontal axis.
    Wiskunde De hoek van een complex getal gemeten vanaf de positieve horizontale as.
  • Computer Science A value used to evaluate a procedure or subroutine.
    Informatica Een waarde die wordt gebruikt om een procedure of subroutine te evalueren.
  • Linguistics In generative grammar, any of various positions occupied by a noun phrase in a sentence.
    Linguïstiek In generatieve grammatica, een van de verschillende posities die worden ingenomen door een zelfstandig naamwoord in een zin.