zetten: significat i definicions

rechtop plaatsen mettre placer poser Wil je deze boeken weer in de kast zetten? Pourrais-tu remettre ces livres dans la bibliothèque? de tuinstoelen buiten zetten sortir les sièges de jardin voor de groepsfoto de langste jongens achteraan zetten mettre les plus grands garçons derrière pour la photo de groupe

(koffie of thee) maken faire vers gezette koffie du café qui vient d'être fait

medisch (een gebroken bot) weer in de goede stand plaatsen, zodat het kan genezen réduire een gebroken dijbeen zetten réduire la fracture d'un fémur

aansporen of dwingen te doen pousser Ik moest me ertoe zetten dat rotklusje te gaan doen. J'ai dû me pousser pour commencer cette sale besogne. anderen aan het werk zetten mettre des autres au travail iemand je huis uit zetten mettre quelqu'un à la porte

je enorm inspannen voor een bepaald doel faire le maximum