vloer рдХреНрдпрд╛ рд╣реИрдВ? vloer рдХреНрдпрд╛ рд╣реИрдВ? het oppervlak in een gebouw waarop je staat plancher mannelijk sol mannelijk Haar kleren lagen verspreid over de vloer. Ses v├кtements (├а elle) jonchaient le plancher.het is er zeer schoon On pourrait y manger par terre.op bezoek komen bij iemand rendre visite ├а quelqu'uniemand op overtuigende wijze verslaan of bekritiseren clouer le bec ├а quelqu'un