springen: significado e definições

voltooid deelwoord je met je benen tegelijk omhoog bewegen sauter over een hek springen sauter une barrière

voltooid deelwoord plotseling in genoemde toestand komen passer Het stoplicht springt op rood. Les feux passent au rouge. opvallen sauter aux yeux opvallen sortir du lot Die jongen springt er door zijn lengte echt uit.À cause de sa taille, ce garçon sort clairement du lot.

voltooid deelwoord plotseling en met een hard geluid kapotgaan sauter éclater De ramen zijn door de hitte van de brand gesprongen. Les fenêtres ont éclaté par la chaleur de l'incendie.

(iets of iemand) hard nodig hebben avoir un besoin urgent de We zitten te springen om personeel. Nous avons un besoin urgent de personnel.