What is retirado? retirado is trok zich terug
What is trok zich terug?
- adj. Distante, apartado: mi hermano vive en un barrio muy retirado del mío.
Adj. Ver weg, afgelegen: mijn broer woont in een buurt ver weg van de mijne.
- adj. y s.[Persona] que deja de trabajar o de prestar servicio, conservando algunos derechos, como cobrar una pensión: desde que está retirado se aburre mucho en casa.
adj. en s.[Persoon] die stopt met werken of dienen, met behoud van sommige rechten, zoals het innen van een pensioen: sinds hij met pensioen is, verveelt hij zich thuis erg.
- f. Separación de una persona o cosa de otra o de un lugar: antes de pintar, hay que proceder a la retirada de los muebles.
f. Scheiding van een persoon of ding van een andere of een plaats: voordat je gaat schilderen, moet je overgaan tot het verwijderen van meubels.
- Abandono de un trabajo o de una actividad: ese torero ha anunciado su retirada para el año que viene.
Afzien van een baan of een activiteit: die stierenvechter heeft zijn pensioen voor volgend jaar aangekondigd.
- Acción de retroceder en orden los soldados, apartándose del enemigo: batirse en retirada.
Actie van terugtrekken in volgorde van de soldaten, weggaan van de vijand: vechten in terugtrekking.
- Toque militar que indica esta acción: el corneta tocó retirada.
Militaire oproep die deze actie aangaf: de klaroenblazer luidde een terugtocht.
- tr. y prnl. Apartar o separar a una persona o cosa de otra o de un lugar: retira las cortinas para que entre luz; retírate, que no me dejas ver la televisión.
Tr. en PRNL. Verwijder of scheid een persoon of ding van een ander of een plaats: verwijder de gordijnen zodat er licht binnenkomt; Trek je terug, je laat me geen tv kijken.
- tr. Afirmar que no es cierto lo que se ha dicho, desdecirse: tuvo que retirar todos sus insultos contra él.
Tr. Om te bevestigen dat wat gezegd is niet waar is, om zichzelf terug te trekken: hij moest al zijn beledigingen tegen hem intrekken.
- prnl. Abandonar un trabajo, una actividad, etc.: se retiró del cine.
PRNL. Het opgeven van een baan, een activiteit, enz.: hij trok zich terug uit de bioscoop.
- Apartarse o separarse del trato, comunicación o amistad: se retiró a un convento.
Zich terugtrekken of scheiden van behandeling, communicatie of vriendschap: ze trok zich terug in een klooster.
- Irse a dormir: no paras de bostezar, ¿por qué no te retiras?
Gaan slapen: je kunt niet stoppen met gapen, waarom ga je niet met pensioen?
- Irse a casa: tengo que retirarme, que voy a perder el último autobús.
Naar huis: Ik moet weg, ik ga de laatste bus missen.
- Emprender un ejército la retirada: el general ordenó al ejército que se retirara.
Onderneem een terugtocht van het leger: de generaal beval het leger zich terug te trekken.