ajustar-aanpassen: рдЕрд░реНрде, рдкрд░рд┐рднрд╛рд╖рд╛рдПрдВ рдФрд░ рдЕрдиреБрд╡рд╛рдж

рдХрд╛рддрд▓рд╛рди рд╢рдмреНрджрдХреЛрд╢%dictionary_xs%рдбрдЪ

ajustar рдХреНрдпрд╛ рд╣реИрдВ? ajustar рдХрд╛ рдЕрд░реНрде aanpassen рд╣реИрдВ

aanpassen рдХреНрдпрд╛ рд╣реИрдВ?

  • Adaptar perfectament una cosa a una altra: si el vestit li ├йs gran el podem ajustar; el calaix de la taula no ajusta.

    Pas het ene ding perfect aan het andere aan: als de jurk groot is, kunnen we deze aanpassen; de lade van de tafel past niet.

  • Posar una cosa d'acord o en relaci├│ amb una altra: has d'ajustar el teu comportament a les normes; el pis s'ajusta a les nostres necessitats.

    Zet het ene in overeenstemming of in relatie tot het andere: je moet je gedrag aanpassen aan de normen; Het appartement past zich aan onze behoeften aan.

  • Acordar les condicions d'un contracte, d'una transacci├│: ajustar un matrimoni; ajustar el preu d'una cosa.

    Akkoord gaan met de voorwaarden van een contract, een transactie: het aanpassen van een huwelijk; pas de prijs van iets aan.

  • Deixar gaireb├й tancats per├▓ no del tot, una porta, uns finestrons o una finestra: quan te'n vagis ajusta la porta, per favor.

    Laat bijna dicht maar niet helemaal, een deur, wat luiken of een raam: als je weggaat pas je de deur aan, alsjeblieft.

рд╢рдмреНрдж рдЦреЛрдЬреЗрдВ

рдЕрдкрдиреЗ рдЕрдиреБрднрд╡ рдХреЛ рдЕрдкрдЧреНрд░реЗрдб рдХрд░реЗрдВ